verkondigen (v) (verklaren) | offen bekennen (v) (verklaren) |
verkondigen (v) (nieuws) | verkünden (v) (nieuws) |
verkondigen (v) | verkünden (v) |
verkondigen (v) (Theorie) | verkünden (v) (Theorie) |
verkondigen (v) (verklaren) | erklären (v) (verklaren) |
verkondigen (v) (nieuws) | verkündigen (v) (nieuws) |
verkondigen (v) (Theorie) | zum Ausdruck bringen (v) (Theorie) |