Opscheppen — Nederlandse Duits vertaling11 vertalingen gevonden

opscheppen (n) (n) (gedrag) Prahlerei (f) (n) (gedrag)
opscheppen (n) (v) (constructie) schaufeln (v) (constructie)
opscheppen (n) (v) (ijdelheid) prahlen (v) (ijdelheid)
opscheppen (n) (v) (ijdelheid) angeben (v) (ijdelheid)
opscheppen (n) (v) (soep) ausschöpfen (v) (soep)
opscheppen (n) (v) (Aktie) aufschaufeln (v) (Aktie)
opscheppen (n) (v) auftragen (v)
opscheppen (n) (v) angeben (v)
opscheppen (n) (v) (Aktie) auslöffeln (v) (Aktie)
opscheppen (n) (v) (ijdelheid) großtun (v) (ijdelheid)
opscheppen (n) (v) (ijdelheid) aufschneiden (v) (ijdelheid)
Vertalen Opscheppen in andere talen
Vertalen opscheppen in Engels
Vertalen opscheppen in Frans
Vertalen opscheppen in Italiaans
Vertalen opscheppen in Spaans
Vertalen opscheppen in Portugees
Vertalen opscheppen in Sloveens
Vertalen opscheppen in Pools
Vertalen opscheppen in Tsjechisch