opmerkzaam (a) (aandachtig) | beobachtend (a) (aandachtig) |
opmerkzaam (a) (persoon) | urteilsfähig (a) (persoon) |
opmerkzaam (a) (aandachtig) | wachsam (a) (aandachtig) |
opmerkzaam (a) (persoon) | unterscheidend (a) (persoon) |
opmerkzaam (a) (aandachtig) | konzentriert (a) (aandachtig) |
opmerkzaam (a) (aandachtig) | angespannt (a) (aandachtig) |
opmerkzaam (a) (aandachtig) | aufmerksam (a) (aandachtig) |
opmerkzaam (a) (aandachtig) | andächtig (a) (aandachtig) |
opmerkzaam (a) (persoon) | scharfsinnig (a) (persoon) |