bevestigen
(v)
(waarheid)
|
bestätigen
(v)
(waarheid)
|
bevestigen
(v)
(confirmeren)
|
genehmigen
(v)
(confirmeren)
|
|
bevestigen
(v)
(vastmaken)
|
festmachen
(v)
(vastmaken)
|
|
bevestigen
(v)
(antwoord)
|
versichern
(v)
(antwoord)
|
|
bevestigen
(v)
(vastmaken)
|
befestigen
(v)
(vastmaken)
|
|
bevestigen
(v)
(antwoord)
|
affirmieren
(v)
(antwoord)
|
|
bevestigen
(v)
(waarheid)
|
beglaubigen
(v)
(waarheid)
|
|
bevestigen
(v)
(confirmeren)
|
zustimmen
(v)
(confirmeren)
|
|
bevestigen
(v)
(verzekeren)
|
behaupten
(v)
(verzekeren)
|
|
bevestigen
(v)
|
bestätigen
(v)
|
|
bevestigen
(v)
|
befestigen
(v)
|
|
bevestigen
(v)
(aanhechten)
|
anhängen
(v)
(aanhechten)
|
|
bevestigen
(v)
(informatie)
|
bestätigen
(v)
(informatie)
|
|
bevestigen
(v)
(informatie)
|
beglaubigen
(v)
(informatie)
|
|
bevestigen
(v)
(aanhechten)
|
anfügen
(v)
(aanhechten)
|
|
bevestigen
(v)
(verzekeren)
|
versichern
(v)
(verzekeren)
|
|
bevestigen
(v)
(officieel verklaren)
|
bescheinigen
(v)
(officieel verklaren)
|
|
bevestigen
(v)
(waarheid)
|
bekräftigen
(v)
(waarheid)
|
|
bevestigen
(v)
(confirmeren)
|
bestätigen
(v)
(confirmeren)
|
|
bevestigen
(v)
(baan)
|
bestätigen
(v)
(baan)
|
|
bevestigen
(v)
(antwoord)
|
beteuern
(v)
(antwoord)
|
|
bevestigen
(v)
(verzekeren)
|
bekräftigen
(v)
(verzekeren)
|
|
bevestigen
(v)
(officieel verklaren)
|
bestätigen
(v)
(officieel verklaren)
|
Bevestigen Voorbeelden1 Bijvoorbeeld gevonden
|
opnieuw bevestigen
|
wieder bestätigen
|
Vertalen Bevestigen in andere talen
