Afzwakken — vertaling Nederlandse Duits. Vertalen Afzwakken in Duits

afzwakken	verlieren
afgezwakt zwakt af zwakken af zwakte af zwakten af	verloren verlierst verlieren verlorst verloren verlier(e)
afzwakken (v) (algemeen)	bagatellisieren (v) (algemeen)
afgezwakt zwakt af zwakken af zwakte af zwakten af	bagatellisiert bagatellisierst bagatellisieren bagatellisiertest bagatellisierten bagatellisiere
afzwakken (v) (geluid)	schwächer werden (v) (geluid)
afzwakken (v) (verklaring)	verwässern (v) (verklaring)
afzwakken (v) (geluid)	ersterben (v) (geluid)
afgezwakt zwakt af zwakken af zwakte af zwakten af	erstorben ersterben erstirbst erstarbst erstarben erstirb
afzwakken (v) (algemeen)	herunterspielen (v) (algemeen)
afgezwakt zwakt af zwakken af zwakte af zwakten af	heruntergespielt spielst herunter spielen herunter spieltest herunter spielten herunter spiel(e) herunter
afzwakken (v) (geluid)	sich verlieren (v) (geluid)
afzwakken (v) (algemeen)	beschränken (v) (algemeen)
afzwakken (v) (geluid)	schwinden (v) (geluid)
afgezwakt zwakt af zwakken af zwakte af zwakten af	geschwunden schwinden schwanden

Vertalen Afzwakken in andere talen

Afzwakken — Nederlandse Duits vertaling9 vertalingen gevonden