afschuwelijk
(a)
(vreselijk)
|
grauenvoll
(a)
(vreselijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(afgrijselijk)
|
abscheulich
(a)
(afgrijselijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(vreselijk)
|
beängstigend
(a)
(vreselijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(walgelijk)
|
gräulich
(a)
(walgelijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(verschrikkelijk)
|
abscheulich
(a)
(verschrikkelijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(vreselijk)
|
furchtbar
(a)
(vreselijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(uiterlijk)
|
hässlich
(a)
(uiterlijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(graad)
|
unbeschreiblich schlecht
(a)
(graad)
|
|
afschuwelijk
(a)
(walgelijk)
|
hassenswert
(a)
(walgelijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(graad)
|
schrecklich
(a)
(graad)
|
|
afschuwelijk
(a)
(vreselijk)
|
entsetzlich
(a)
(vreselijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(versterkend woord)
|
furchtbar
(a)
(versterkend woord)
|
|
afschuwelijk
(a)
(walgelijk)
|
scheußlich
(a)
(walgelijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(uiterlijk)
|
furchtbar
(a)
(uiterlijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(vreselijk)
|
fürchterlich
(a)
(vreselijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(walgelijk)
|
ekelhaft
(a)
(walgelijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(algemeen)
|
scheußlich
(a)
(algemeen)
|
|
afschuwelijk
(a)
(afgrijselijk)
|
widerlich
(a)
(afgrijselijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(graad)
|
fürchterlich
(a)
(graad)
|
|
afschuwelijk
(a)
(uiterlijk)
|
schrecklich
(a)
(uiterlijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(walgelijk)
|
abscheulich
(a)
(walgelijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(verschrikkelijk)
|
schrecklich
(a)
(verschrikkelijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(uiterlijk)
|
abscheulich
(a)
(uiterlijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(vreselijk)
|
schrecklich
(a)
(vreselijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
(walgelijk)
|
geschmacklos
(a)
(walgelijk)
|
|
afschuwelijk
(a)
|
verheerend
(a)
|
|
afschuwelijk
(a)
(graad)
|
furchtbar
(a)
(graad)
|
|
afschuwelijk
(a)
(misdaad)
|
grausam
(a)
(misdaad)
|
|
afschuwelijk
(o)
(graad)
|
furchtbar
(o)
(graad)
|
|
afschuwelijk
(o)
(graad)
|
unbeschreiblich schlecht
(o)
(graad)
|
|
afschuwelijk
(o)
(algemeen)
|
furchtbar
(o)
(algemeen)
|
Vertalen Afschuwelijk in andere talen
