uitgezonderd (o) (behalve) | abgesehen von (o) (behalve) |
uitgezonderd (o) (bijwoord) | außer (o) (bijwoord) |
uitgezonderd (o) (behalve) | außer dass (o) (behalve) |
uitgezonderd (o) (bijwoord) | ausgenommen (o) (bijwoord) |
uitgezonderd (o) (behalve) | außer (o) (behalve) |
uitgezonderd (o) (behalve) | ausgenommen (o) (behalve) |