het | es |
het (o) (bepaald lidwoord) | das (o) (bepaald lidwoord) |
het (o) (persoonlijk vnw. - onderwerp) | es (o) (persoonlijk vnw. - onderwerp) |
het (o) (bepaald lidwoord) | der (o) (bepaald lidwoord) |
het (o) (persoonlijk vnw. - lijdend vw.) | es (o) (persoonlijk vnw. - lijdend vw.) |
het (o) (bepaald lidwoord) | die (o) (bepaald lidwoord) |